Gijs Gans, de gulzige, aartsluie knecht van Oma Duck doet geen vloeg kwaad. Nogal logisch, want daar is hij te lui voor en bovendien zijn vliegen niet te eten!
Gijs werkt - nee, hij wóónt - op de boerderij van Oma Duck en behalve een smulpaap is hij ook een enorme luilak. Toch is Oma enorm op hem gesteld en ze verwent Gijs voortdurend. Zelfs alle andere familieleden accepteren zijn gedrag, want diep in zijn hart is Gijs een lieve, sullige jongen. En wat vindt Gijs er zelf van? Niets... veel te vermoeiend. Hij vindt het eigenlijk allemaal wel best zo. Zolang Oma zulke lekkere vruchtentaarten bakt en hij er het fruit niet voor hoeft te plukken is het leven op de boerderij immers een waar Luilekkerland? |